info@judaica-zwolle.nl
Stichting Judaica Zwolle
Jodenvervolging in 12 portretten

Van registratie tot vernietiging - Een inleiding

Waarom deze tentoonstelling?

Twaalf portretten vertellen samen het verhaal van de vervolging van de Joodse Zwollenaren in de Tweede Wereldoorlog. Een groot aantal van hen werd vermoord in de concentratie- en vernietigingskampen van de nazi’s. Een derde van de Joodse gemeenschap van Zwolle overleefde de oorlog, meestal door onder te duiken.

Elk portret bestaat uit persoonlijke gegevens van het slachtoffer, een korte levensbeschrijving en een beeldverhaal. Ook is de naaste familie van de geportretteerde in kaart gebracht. Te zien is hoeveel familieleden omkwamen en wie het overleefd hebben.

De twaalf portretten geven een beeld van de verschrikkingen, de uitsluiting, de angst, het verdriet en de ellende als gevolg van de terreur en rassenwaan van de nazi’s. Achter het grote, niet te bevatten aantal slachtoffers gingen even zoveel persoonlijke verhalen schuil. Deze tentoonstelling bedoelt de herinnering levend te houden aan alle Joodse slachtoffers van de Holocaust, zowel zij die omkwamen als zij die overleefden.

 

Jodenvervolging in 12 portretten



Persoonsbewijs van de Duitse vluchtelinge
Gerda Bloch (Berlijn 1925 - Los Gatos 2016)
met het stempel J ten teken dat de houdster
Joods was.




Vanaf juli 1941 verschenen overal bordjes
Voor Joden verboden, zoals hier bij de ingang
van het Ter Pelkwijkpark in Zwolle.




Jodenster. Joden moesten deze vanaf
3 mei 1942 zichtbaar op hun kleding dragen.



Het Gymnasium Celeanum aan de Veerallee
met rechts de gymzaal. In de nacht van
2 op 3 oktober 1942 werd daar een grote
groep Joodse Zwollenaren bijeengebracht
om gedeporteerd te worden naar Westerbork
en verder.




Doorgangskamp Westerbork. Veel Joden
werden via dit kamp gedeporteerd naar vernietigingskampen in Oost-Europa.

In 1933 kwam Hitler in Duitsland aan de macht. Vanaf dat jaar werden Joden steeds meer buitengesloten. Fysiek geweld volgde. In de Kristallnacht van 9 op 10 november 1938 werden Joodse winkels en synagogen geplunderd en in brand gestoken. Joodse burgers werden mishandeld en gevangen gezet.

Registratie, discriminatie en uitsluiting
Op 10 mei 1940 vielen de Duitsers Nederland binnen. Aanvankelijk bleef het leven voor Joodse burgers zoals het was. Maar in de zomer van dat jaar volgden de eerste anti-Joodse maatregelen. Ritueel slachten werd verboden. In november werden Joodse ambtenaren uit hun functie ontheven.

In januari 1941 moesten personen van geheel of gedeeltelijk Joodschen bloede zich laten registreren bij de gemeente. 781 Zwollenaren deden dat. Die gegevens gebruikten de nazi’s om Joodse burgers te isoleren van de rest van de bevolking. Joden kregen een grote letter J in hun persoonsbewijs. Radio’s moesten worden ingeleverd, reizen of verhuizen mocht alleen nog met een vergunning. Vanaf augustus 1941 was de Zwolse veemarkt voor Joodse veehandelaren gesloten. Joodse kinderen moesten vanaf 1 september naar aparte Joodse scholen. In Zwolle stonden die aan de Thorbeckegracht en in de Voorstraat. Bij zwembaden, parken, cafés en bioscopen verschenen bordjes Voor Joden verboden. Vanaf november mochten Joden niet langer samen met niet-Joden lid van een vereniging zijn.

In 1942 gingen de anti-Joodse maatregelen verder. Steeds meer bedrijven en vermogens in Joods bezit werden onteigend. Om overal herkenbaar te zijn moesten Joden vanaf 3 mei 1942 een Jodenster dragen. Ze mochten niet meer met niet-Joden trouwen. Veel Joodse mannen werden naar werkkampen in Nederland gestuurd. Autorijden werd voor Joden verboden, fietsen moesten worden ingeleverd. Er kwam een uitgaansverbod na 20.00 uur en winkelen mocht alleen nog tussen 15.00 en 17.00 uur.

Deportatie en vernietiging
Onder het mom van tewerkstelling in het Oosten begonnen in de tweede helft van 1942 de deportaties naar de vernietigingskampen. Het kamp Westerbork diende als tussenstation. De eerste deportatie vanuit Zwolle vond plaats op 3 oktober 1942 vanuit het Gymnasium Celeanum aan de Veerallee. De tweede volgde op 18 en 19 november via de Wijnbeekschool in de binnenstad. In april 1943 werd een derde groep naar de kampen Vught en Westerbork afgevoerd. Daarna werd de stad geacht Judenrein te zijn. Alleen gemengd gehuwde Joden bleven achter. Inmiddels waren rond de 200 Joodse Zwollenaren ondergedoken. Echter, niet iedereen wilde dat of had daartoe de gelegenheid.

Na de oorlog
Na de oorlog bleek dat ongeveer 465 Joodse Zwollenaren door de nazi’s waren vermoord. Ongeveer 270 overleefden, de meesten in onderduik. Van het Joodse leven van voor de oorlog was weinig meer over. Veel overlevenden vertrokken naar het Westen van het land of naar Israël. Toch bleef een kleine groep Joden in en om Zwolle wonen. Nog altijd is de synagoge centrum van Joods leven in de stad.

Voor extra informatie bij dit portret klik hier.

Copyright: Stichting Judaica Zwolle 2016